Tom Metselaar 

 

Het verbeteren van uithoudingsvermogen door intervaltraining

Even in het kort. Bij aerobe trainingen wordt energie vrijgemaakt door de aanwezigheid van zuurstof. Hoe meer zuurstof de spieren bereikt, hoe beter de aerobe prestatie. Het zuurstof wordt in de longen aan de het bloed gekoppeld. Via het bloed wordt het zuurstof naar de spieren getransporteerd. Hoe meer bloed naar de spieren stroomt, hoe meer zuurstof, hoe meer energie, hoe beter de prestatie. Als er meer zuurstof nodig is in de spieren, zal het hart vaker moeten kloppen om meer zuurstof naar de spieren te krijgen. Als de intensiteit van de training hoger toeneemt, zal de hartfrequentie ook toenemen. De hoeveelheid bloed dat de spieren bereikt, wordt deels bepaald door aanpassingen van de hartfrequentie (HF), maar ook door de hoeveelheid bloed dat per slag wordt weggepompt (Slagvolume,; SV) 

Hartminuutvolume = Slagvolume x Hartfrequentie

Bij intervaltraining -het afwisselen van snellere en rustigere tempo's - zal met wisselende intensiteiten ook het hartminuutvolume wisselen. Het hart zal met hogere intensiteiten meer bloed moeten rondpompen dan bij rustigere tempo's. Op het punt dat van looptempo wordt gewisseld, zal het hart zich moeten aanpassen. Als je wisselt van een hoog intensief tempo terug schakelt naar een laag intensief tempo hoeft het hart dus plots minder bloed rond te pompen. Er vertrekt minder bloed vanuit de rechter hartkamer het lichaam in. Door de plotselinge tempowisseling komt er nog wel meer bloed terug het hart in, wat op het hoge tempo al het lichaam was ingepompt. Er komt op het moment van tempowisselingen meer bloed het hart in, dan er wordt weggepompt. Er ontstaat een soort van overdruk. Door deze overdruk wordt de hartspier op rek gebracht. Door de rek op de spiervezels van het hart, kan het hart krachtiger pompen. Met dit krachtiger pompen wordt er meer bloed uit het hart gepompt. Het slagvolume is vergroot. 

Bij het regelmatig uitvoeren van intervaltraining wordt het hart krachtiger en groter. Met het toenemen van het slagvolume kan dus met een enkele slag meer bloed (en dus zuurstof!) naar de spieren worden gepompt. Je kunt dus met een lagere hartfrequentie dezelfde hoeveelheid bloed rondpompen. Atleten met een groter slagvolume, krijgen dus een lagere hartfrequentie in rust. Maar daarnaast is het ook zo dat je met een grotere slagvolume en hoge hartfrequentie tegelijk, heel veel zuurstof naar de spieren toe kunt krijgen.: een verbeterde prestatie!

Aangepast 19-9-2023